Ja ik weet het 48 uur is vrij kort maar omdat de vlucht van Ryanair zich nu eenmaal niet leende tot een langer verblijf en tijd vinden soms vrij moeilijk was voor ons drieën besloten we om het erop te wagen. Samen met mijn zus en mijn papa trok ik afgelopen weekend naar Porto. Daar werd ik aangenaam verrast door de oprechte vriendelijkheid van de Portugezen, de culinaire troeven en de prachtige veelzijdigheid die deze stad aan de Douro te bieden heeft.
We starten onze citytrip aan het mooie station van San Bento, bekend om zijn azulejos (blauwe tegels) en onlangs nog te zien in het programma ‘Beste vrienden’ op één. Het station heeft een eigen specifieke uitstraling zowel langs de binnen als de buitenkant en de typische blauwe tegels geven een mooie indruk vanwaar deze stad voor staat: eenvoud, authenticiteit en oprechtheid. We lopen verder richting de Mercado do Bolhao, een overdekte voedingsmarkt met groenten, fruit, verse vis en vlees. Het valt me op hoe de markt lichtjes vervallen oogt en ook hoe de marktkramers van een jaar of 70 hier nog steeds stevig op hun benen staan terwijl er bij ons nog nauwelijks mensen aan het werk zijn op die gezegende leeftijd.
Van daaruit lopen we naar de Avenida dos Aliados, een groot plein waarop de gebouwen nog de enorme rijkdom tonen van toen Porto een zeer florerende stad was. We vervolgen onze tocht naar de Igreja e Torre dos Clérigos en maken een tussenstop bij Lello, één van de mooiste boekenhandels ter wereld. Prachtig dat wel, maar erg druk en toeristisch. In de straten rond Lello vinden we een aantal toffe hippe winkeltjes met kledij en leuke hebbedingen. Erg mooi is de winkel Fernandes,matos & C Lda, vooral omwille van de enorme omvang en prachtige inrichting. Beneden vind je hippe hebbedingen, keukengerei, posters,… en op de eerste verdieping zijn authentieke Portugese spullen te koop.
De zon begint te schijnen en we besluiten om te genieten van het mooie weer (23 graden en stralende zon in maart!) en de museums en gebouwen even links te laten liggen. Wie deze toch wil meenemen zet best het Palacio da Bolsa bij op de planning. Wij zakken af naar de Douro, waar de Ponte Luis 1, gecreëerd door een leerling van Eiffel, oprijst en de stad net als de 5 andere bruggen verbindt met de Cais de Gaia, waar de vele portohuizen netjes naast elkaar liggen. We lunchen bij Vinhas D’alho. Hier proeven we van een authentieke Cataplana de Mariscos, een soort van Portugese lichtere versie van de bouillabaisse met saffraan vol zeevruchten. Overheerlijk, mooi in evenwicht, licht en smaakvol gepresenteerd in de ‘cataplana’. Zelfs de meeuwen lusten er wel meer van.
Na onze lunch lopen we de de Ponte Luis 1 over naar de andere kant, we maken een boottochtje over de Douro en wandelen langs de verschillende Porto huizen waar we af en toe stoppen voor een degustatie. A. Ramos Pinto, Quinta Do Noval – Vinhos SA, Sandeman, Ferreira en Taylors worden ons aangeraden.
’s Avonds dineren we bij ODE winehouse. Het restaurant ligt een beetje verstopt in een straatje dicht bij de rivier en je zou er haast voorbij lopen. Maar we hebben hier voortreffelijk gegeten. Heel fijn vind ik het dat het de gewoonte is om in Porto wat hapjes klaar te zetten op de tafel. Uiteraard betaal je daar wel voor, maar dure prijzen zoals bij ons, zijn zelfs in de betere restaurants een uitzondering. We proeven van een frisse salade met authentieke kaas, ibericovarken en een chocolademoelleux met zoute karamel. Daar wordt een mens als ik nu gelukkig van.
De tweede dag starten we onze wandeling aan Lello maar wandelen we dieper de stad in langs de Pç de Carlos Alberto. Hier staat een marktje met jonge designers of verzamelaars tussen de bomen met bloesem in. Erg gezellig en zelfs met ‘hipstergehalte’. We lopen het plein over en belanden in een andere winkel-wandelstraat. Maar begrijp me niet verkeerd, Porto is geen stad voor shoppingliefhebbers, wat internationale ketens en af en toe een leuk winkeltje maar soms vrij prijzig en minder authentiek.
Na de middag nemen we de bus naar Matosinhos praia, het strand aan een visserstadje dat net naast Porto ligt en bekend staat om zijn vele restaurants met verse vis en sardientjes op de grill. We smullen van een mix van gegrilde vis van de dag en sardienen. Ongelooflijk hoe vriendelijk de mensen hier zijn, de tafel naast ons deelt zelfs een visje met ons, omdat we vroegen welke soort ze aan het eten waren. Dat zou bij ons toch nooit gebeuren! Zalig wel, die oprechte vriendelijkheid.
Nadien wandelen we de kustlijn van Matoshinhos af richting Porto tot aan de tram. Met de authentieke tram rijden we verder de kust van Porto af tot waar de zee weer één wordt met de Douro. Nadien eten we in restaurant O Paparico, even buiten Porto gelegen, maar het wordt beschouwd als het beste restaurant van de stad. We proeven van verschillende hapjes (een bolletje kalfspaté met portosaus, octopus, ‘Queijo da Serra’ (Deze kaas is uniek in de wereld omdat ze enkel kan gemaakt worden van melk van schapen die grazen van de wilde bergkruiden op de Serra da Estrela) en Portugese olijven. We proeven verder van coquilles, octopus op de grill en ik doe me te goed aan een dessertje met citroen en meringue. Dat laatste is toch wel een van de beste dingen die ik ooit geproefd heb.
Kortom dit weekend mag je best een culinair weekend noemen, nooit gedacht dat ik van Porto zoveel lekkers mocht verwachten. Wat ook opvalt is dat de wijnen uit de Douro streek hier uitstekend zijn, fris, fruitig en licht, ideaal voor bij die eerste lentezon. Verder een hele mooie stad met veel afwisseling en een aangename ongedwongen sfeer. I’ll be back!